Sebastiaan Prins – Schipper van de Fortuna

Van het vinden van een lijk tot de geboorte van zijn kind aan boord – het leven van Sebastiaan Prins, schipper van de Fortuna, is allesbehalve alledaags.
Soms komt een koers vanzelf op je pad. Zo ook bij Sebastiaan, die het vak van matroos per toeval inrolde. “Zeilen deed ik al sinds mijn tienertijd. Samen met een vriend leerden we het onszelf aan – met vallen en opstaan natuurlijk.” Vanuit zomers werken op een zeilschool belandde hij in de charterwereld. “Via een ski-uitje met de instructeurs raakte ik aan de praat met Klaasjan van de Strijd. Die zocht nog een matroos voor het seizoen.” En zo begon het. Na drie seizoenen als matroos, en twee jaar als zetschipper op de Nirwana, was het tijd voor een eigen schip: de Fortuna.
De varende huismeester met veel passie
Sebastiaan noemt het schippersvak het ideale beroep. Zelfstandig, veelzijdig en elk seizoen weer anders. “Tijdens het varen met gasten heb je te doen met het weer, wind en zeilen, maar ook het sociale van varen met meerdere mensen van allerlei pluimage. Ook moet je van veel technische zaken een beetje knowhow in huis hebben. Je bent een soort van huismeester, die zorg draagt voor onder andere warm stromend water, een werkende afvoer en stroom uit het stopcontact. De combinatie van omgaan met mensen en techniek vind ik erg leuk. Bovendien is het heel fijn dat het werk een seizoensbaan met verschillende invulling tussen lente, zomer, herfst en winter.”